Dwangstoornis

Volgens schattingen moet 1 tot 2 procent van de bevolking last hebben van een dwangstoornis. Dit houdt in dat 1 tot 2 procent van de mensen lijdt aan obsessieve-compulsieve stoornis. Dit beïnvloedt dagelijks hun leven op een slechte manier. Niet alleen de mensen die lijden aan deze stoornis hebben er last van, ook de mensen om hun heen hebben te maken met de gevolgen van deze stoornis.

Er bestaan verschillende soorten stoornissen, de bekendste is wel smetvrees. Mensen hebben dan de neiging om alles heel vaak opnieuw schoon te maken. Ze doen er alles aan om niet in aanraking te komen met viezigheid. De tegels schoonmaken doen ze vier of vijf keer en de voegen schoomaken doen ze met heel sterk schoonmaakmiddel.

Het is moeilijk om te bepalen waar deze stoornis nou eigenlijk vandaan komt. Het is namelijk niet één oorzaak die zorgt voor deze dwangstoornis. Er kunnen meerdere oorzaken zijn voor dit probleem. Allereerst zijn er natuurlijk psychologische factoren die bijdragen aan het bestaan van de stoornis. We kunnen uit de psychologie halen dat herhalend werk oer gedrag is. Het zit dus in ons om repetitief werk te doen. Daarnaast kunnen genetische factoren ook een grote rol spelen. Als ouders of personen in de directe omgeving van een kind last hadden van OCS, is er ook een grotere kans dat de persoon dit later zelf ook zal ontwikkelen. Daarnaast de is de kans bij een eeneiige tweeling de kans ook groter op OCS dan bij een twee-eiige tweeling. Er zijn ook een paar gevallen bekend waarbij mensen na een hersenbeschadiging last kregen van OCS. OCS kan daarnaast ook ontstaan door neurologische afwijkingen. Het is namelijk zo dat de hersenactiviteit van een persoon met OCS afwijkt van een persoon dat deze stoornis niet heeft.

OCS is dus een serieuze stoornis wat veel impact heeft op het leven van mensen die dit hebben.